Arbowet omtrent Zelfstandigen Zonder Personeel (ZZP’ers)

Zelfstandigen Zonder Personeel (ZZP’ers), freelancers, eenpitters en zelfstandig ondernemers; voor zelfstandigen zijn diverse benamingen in omloop. In de praktijk gaat het om mensen die voor eigen risico en rekening in een eigen inkomen voorzien en geen personeel in dienst hebben. Bij het bepalen van het aantal zelfstandigen in Nederland worden verschillende definities voor zelfstandigen gebruikt. Zo speelt het aantal uren waarin iemand als zelfstandige werkt soms een rol, of de mate waarin deze een kapitaalsintensieve activiteit uitvoert, bijvoorbeeld een groothandel. De schatting voor het aantal zelfstandigen eind 2007 loopt uiteen van 300.000 tot ruim 1.000.000. Het aantal zelfstandigen groeit al jaren. De verwachting is dat deze trend de komende jaren doorzet.

Werk en arbeidsomstandigheden

Zelfstandigen werken in alle branches en sectoren. Daardoor kunnen zij te maken krijgen met alle arbeidsomstandigheden in deze branches zoals lichamelijke belasting, lawaai, gevaarlijke stoffen en valgevaar. Daarnaast brengt het werken als zelfstandige een aantal specifieke omstandigheden met zich mee zoals lange werkdagen en werkdruk. De vrijheid om naar eigen inzicht te kunnen werken en de mogelijkheid om de eigen tijd in te delen betekent in de praktijk dus niet dat deze arbeidsrisico’s worden voorkomen. De arbeidsomstandigheden worden bepaald door de eigen werkzaamheden, de werkplek en het werk van derden. Omgekeerd beïnvloeden de werkzaamheden van de zelfstandigen de veiligheid van anderen die op dezelfde werkplek werken of toevallig aanwezig zijn.

Wettelijke voorschriften

Zelfstandige volgens de Arbowet

De Arbowet beschouwt iemand die arbeid verricht en dit niet doet als werkgever of werknemer als een zelfstandige. Een werknemer is volgens de Arbowet iemand met een arbeidsovereenkomst of publiekrechtelijke aanstelling bij een werkgever. Daarnaast ziet de wet iemand ook als werknemer als hij onder gezag of toezicht werkt van een werkgever. De Arbowet geldt voor werkgevers en werknemers. [artikel 1, onder 3 lid k Arbowet]

Voorschriften en verboden

Als iemand volgens de definitie van de Arbowet een zelfstandige is, dan geldt niet de integrale Arbowet en -regelgeving. Wel gelden voor zelfstandigen diverse voorschriften en verboden voor ernstige arbeidsrisico’s. Welke dat precies zijn staat in artikel 9.5 van het Arbobesluit. Voor de Arbowetgeving is de gezag- en toezichtrelatie in de praktijk bepalend. Als de zelfstandige onder gezag en toezicht werkt van een ander, bijvoorbeeld de opdrachtgever, dan ziet de Arbowetgeving hem als werknemer en die ander als werkgever. Hetzelfde geldt als een zelfstandige een ander onder zijn gezag en toezicht laat werken. De Arbowet ziet hem dan als werkgever en die ander als werknemer. [artikel 9.5 Arbobesluit]

Algemene voorschriften

Algemene voorschriften waar de zelfstandige aan moet voldoen zijn:

Het voorkomen van gevaar voor derden (artikel 10 Arbowet).

Het zorgen voor de eigen veiligheid en die van andere betrokken personen door zich veilig en verantwoord te gedragen (artikel 11 Arbowet).

Het vermijden van levensgevaar of ernstige schade aan de gezondheid. Het niet naleven van deze bepaling is een misdrijf (artikel 32 Arbowet).

Voor zelfstandigen gelden geen systeemverplichtingen zoals de Risico-Inventarisatie en –Evaluatie (RI&E). Hierdoor heeft de zelfstandige minder administratieve lasten. [artikelen 10, 11 en 32 Arbowet]

Voorschriften voor ernstige arbeidsrisico’s

De voorschriften en verboden voor zelfstandigen hebben betrekking op ernstige risico’s voor de veiligheid of de gezondheid. De bepalingen zijn er op gericht de zelfstandige zelf te beschermen maar ook mensen die in zijn (directe) omgeving werken of aanwezig zijn, zoals bezoekers. Een bijkomend voordeel is dat bij gevaarlijk werk dezelfde voorschriften en verboden gelden voor werknemers en zelfstandigen. Zo zijn de spelregels op werkplekken met ernstige arbeidsrisico’s voor iedereen gelijk. De voorschriften en verboden hebben vooral betrekking op:

- de inrichting van arbeidsplaatsen

- gevaarlijke stoffen en biologische agentia

- lawaai

- duikarbeid

- arbeidsmiddelen

- persoonlijke beschermingsmiddelen

Extra voorschriften in drie situaties

Extra voorschriften gelden voor zelfstandigen die:

- Een installatie exploiteren met gevaarlijke stoffen of de (tijdelijke) opslag van gevaarlijke stoffen in verband met vervoer.

- Arbeid verrichten met betrekking tot de totstandbrenging van een bouwwerk op een bouwplaats.

- Worden blootgesteld aan gewasbeschermingsmiddelen of biociden.

Twee voorbeelden

Een zelfstandige ICT-er

Steeds meer ICT-ers werken als zelfstandige. Zij werken bijvoorbeeld als programmeur, IT-architect, webdesigner of projectleider. De werkzaamheden worden vanuit huis verricht of op een locatie van de opdrachtgever. Bij werk van zelfstandige ICT-ers is eigenlijk nooit sprake van ernstige arbeidsrisico’s, tenzij het werk wordt verricht op uitzonderlijke locaties, bijvoorbeeld programmeerwerk aan een terminal in een fabriek. Dit betekent dat er naast de algemene voorschriften meestal geen voorschriften en verboden van toepassing zijn voor zelfstandige ICT-ers. De situatie voor het geval de zelfstandige ICT-er in de praktijk onder gezag of toezicht werkt, is beschreven onder het kopje ‘Geldigheid Arbowet en –regelgeving’.

Een zelfstandige op de bouwplaat

Begin 2008 werkten er bijna 70.000 zelfstandigen in de bouwsector. Dit zijn zowel generalisten met een klusbedrijf als specialisten zoals schilders, loodgieters en metselaars. De verwachting is dat het aantal zelfstandigen alleen maar zal toenemen. Daarnaast is de rol van de zelfstandige aan het veranderen. Voorheen werkte de zelfstandige alleen als onderaannemer. Tegenwoordig wordt de zelfstandige steeds meer verantwoordelijk voor de keuze van het materiaal, het merk en de aankoopplaats. De vroegere hoofdaannemer schuift meer verantwoordelijkheden van zich af om de rol van coördinator op zich te nemen. In de praktijk werken op de bouwplaats veel zelfstandigen uit Midden- en Oost-Europese landen. Omdat zij niet allemaal het Nederlands goed beheersen, kan de communicatie lastig zijn.

Voorschriften voor de zelfstandige op de bouwplaats

Op iedere bouwplaats zijn ernstige arbeidsrisico’s aanwezig. Als volgens de Arbowet sprake is van een zelfstandige, dan gelden voor hem de voorschriften en verboden voor ernstige arbeidsrisico. Als een zelfstandige arbeid verricht op een bouwplaats dan gelden voor hem meer voorschriften dan voor andere zelfstandigen die te maken hebben met ernstige arbeidsrisico’s. In artikel 9.5 van het Arbobesluit staat precies welke voorschriften en verboden van toepassing zijn. De situatie voor het geval de zelfstandige in de praktijk onder gezag of toezicht werkt, is beschreven onder het kopje ‘Geldigheid Arbowet en –regelgeving’.

Arbeidsongeschiktheid en zwangerschap

Zelfstandigen en arbeidsongeschiktheid

Een zelfstandige valt niet onder de werknemersverzekering zoals de Ziektwewet (ZW) en de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA). De zelfstandige betaalt geen premies voor deze verzekeringen en kan daarom ook geen aanspraak maken op een uitkering. Een uitzondering hierop geldt voor bepaalde arbeidsverhoudingen die in de ZW en WIA zijn genoemd: de zogenaamde ‘fictieve dienstbetrekkingen’ voor bijvoorbeeld musici of artiesten. Een andere uitzondering zijn zelfstandigen die voor 1 augustus 2004 arbeidsongeschikt zijn geworden en voor de Wet Arbeidsongeschiktheid Zelfstandigen (WAZ) verzekerd waren. Zij houden recht op de WAZ-uitkering zolang zij meer dan 25% arbeidsongeschikt zijn en niet ouder zijn dan 65 jaar. Een zelfstandige moet maatregelen nemen voor eventuele arbeidsongeschiktheid. Hij moet zelf voor een vervangend inkomen zorgen. Daarvoor kunnen zelfstandigen zich verzekeren bij een verzekeraar. Daarnaast kan een startende zelfstandige onder bepaalde voorwaarden de publieke ZW- of WIA-verzekering bij het UWV vrijwillig voortzetten.

Zelfstandigen en zwangerschap

Zwangere zelfstandigen hebben vanaf 1 juli 2008 recht op een uitkering voor minimaal16 weken zwangerschaps- en bevallingsverlof. Dit is geregeld in de regeling Zelfstandig en Zwanger (ZEZ).

Tot slot

De arbocatalogus en de zelfstandige

Een zelfstandige kan een arbocatalogus van een branche of sector raadplegen om na te gaan welke maatregelen hij kan nemen om veilig te werken.

Verklaring Arbeidsrelatie (VAR)

Veel zelfstandigen werken met een Verklaring Arbeidsrelatie (VAR) om hun status als zelfstandige aan opdrachtgevers aan te tonen. In de VAR geeft de Belastingdienst aan hoe hij de inkomsten van de zelfstandige ziet. Hierdoor wordt het voor de opdrachtgever duidelijk of hij wel of geen loonbelasting en premies voor de volksverzekeringen en werknemersverzekeringen moet inhouden. Zoals beschreven onder het kopje ‘Geldigheid Arbowet en –regelgeving’ is de gezagsverhouding en toezichtrelatie tijdens het uitvoeren van het werk bepalend voor de voorschriften en verboden uit de Arbowetgeving die moeten worden nageleefd. Het wel of niet hebben van een VAR heeft geen betekenis voor de Arbowetgeving.

Relevante wet- en regelgeving

Arbowet, artikel 1, onder 3, lid k, artikelen 10, 11 en 32. Arbobesluit, artikel 9.5.